woensdag 1 januari 2020

Laat los en Leef!!


2019 is ons “jubeljaar” geweest. We hebben  in het voorjaar gevierd dat we 25 jaar getrouwd waren en in het najaar zijn  we beiden 50 geworden. Met veel dankbaarheid hebben we alles feestelijk gevierd met de mensen die ons lief zijn. Ik houd van organiseren en geniet van mensen om me heen.



Tijdens ons verjaardagsfeest heb ik een toespraakje gehouden over een het beeld van een tak dat zijn blad laat vallen in de herfst. Ik vind het prachtig dat wanneer een herfstblad  losraakt de nieuwe knop al zichtbaar is. Loslaten van het “oude” is nodig om het “nieuwe” tot bloei te laten komen.  Ik verwonder me over de eindeloze (her)scheppingskracht die God in de natuur heeft gelegd.

Zo lang beelden in woorden worden gevat is dat nog prima, maar ik ben er niet op voorbereid dat mijn woorden van die avond voor mij een moeilijke realiteit worden. Na het laatste feest ben ik moe en uitgeblust. Het zijn ook vermoeiende weken van hard werken geweest, dus met een weekje vakantie ben ik vast weer bijgetankt. Maar een week blijkt niet genoeg te zijn, het worden er twee, drie, vier….Ik weet niet wat er met me gebeurt, waarom reageert mijn lichaam niet zoals het altijd reageert. Ik kan de eenvoudige routinematige handelingen niet meer verrichten zonder vermoeid en in de stress te raken. Ik ervaar het runnen van een gezin als een onoverzichtelijke klus. In deze storm wil ik juist de regie houden om overeind te blijven. Controle houden wordt mijn missie. Als dat niet lukt verander ik in een vaatje buskruit, een beschamende stroom van vuurwerk komt uit mij en het lijkt een onomkeerbaar proces. Er knaagt iets in me dat dit niet de weg naar herstel is en daarnaast krijg ik met regelmaat het advies: ‘neem je tijd en laat alles los’.  Waarschijnlijk woorden die waar zijn, maar hoe doe je dat als je altijd de touwtjes in handen hebt???

Wat is het dan een weldaad als je de juiste mensen op je heen hebt. Die je laten voelen dat je voor hen Dineke blijft ook al ben je haar zelf kwijt en geduldig stap voor stap meelopen.. professionals die je inzicht en handvatten geven. En schoorvoetend accepteer ik dat ‘het is wat het is’ en laat mijn inmiddels dorre blaadje vallen. Ik laat alles vallen wat me nu belemmert om te kunnen leven. Oei wat is zo’n knop zonder blad kwetsbaar, zo voel ik me ook. Kwetsbaar in oordeel, misschien nog wel het meeste die van mijzelf. Een drang naar controle blijkt moeilijk te temmen ook in het zoeken naar de weg in het herstel. 
Een vriendin houdt me een spiegel voor en zegt:” Dineke, jij doet zeker precies wat er gezegd wordt wat je moet doen om beter te worden.  Laat los en Leef!”

Die laatste 3 woorden klinken me als muziek in de oren en geven me veerkracht en hoop. Het beeld van de knop aan de herfstboom is er weer… Ook al voel je moe en hopeloos,  in die knop heeft God Leven gelegd. Het Leven is in mij aanwezig, ik mag het koesteren. De gunstige omstandigheden zoeken zodat het zich kan openen en bloeien. 
De warmte van Zijn Liefde in de mensen om mee heen zorgen vast voor een vroeg voorjaar!









dinsdag 16 december 2014

Verlaat je familie

 ‘Trek weg uit je land, verlaat je familie, verlaat ook je naaste verwanten, en ga naar het land dat ik je zal wijzen’.*
Deze Bijbellezing, tijdens de dienst van de ‘opening van het winterwerk’ in september, slaat flink in! De ‘roep’ klinkt; verlaat je familie… De mensen van de  Andreaskerk zijn mijn familie! Zo hecht met elkaar verbonden. Zoveel mooie, maar ook heel verdrietige momenten gedeeld. Er is zo’n hechte ‘familieband ’ontstaan. Het idee om hen te gaan verlaten maakt me verdrietig en het voelt ontheemd.

Vreemd
In diezelfde maand gaan we gesprekken voeren met de Kleopasgemeente uit Ede. Heel onwennig zitten we in een groot gezelschap bij elkaar. Lastig om elkaar in een korte tijd dan een beetje te leren kennen. We willen graag nog wat vervolggesprekken om wat nader tot elkaar te kunnen komen. Zo zitten we verschillende avonden bij elkaar en groeit het vertrouwen. Tijdens de ontmoeting met de eigen gemeenteleden op zondag en door de week is er zo’n andere mate van vertrouwd zijn, dat ik me soms vertwijfeld afvraag ‘wat tobben we’. Wat geven we op!! Het is zo heerlijk en vertrouwd om alles bij het oude te laten en te weten waar je aan toe bent met de mensen om je heen. Meerdere keren verzuchten we tegen elkaar ‘we kunnen toch niet weg?’ En bij de gemeenteleden merk ik opluchting dat de beroepen naar Sliedrecht en Puttershoek niet door zijn gegaan. “Gelukkig blijven jullie nog een poosje”. Ik weet niet zo goed hoe ik hier op moet reageren, met een nieuw beroep dat hen en ons boven het hoofd hangt…

Geen knollen voor citroenen
En dan heb ik zomaar zo’n grappige ervaring, wat voor mij een diepere betekenis krijgt. Ik heb voor een recept gekonfijte citroenen nodig. In de reguliere winkels kan ik niet slagen, dus ik besluit voor het eerst sinds we in de Dordrecht wonen naar de Turkse winkel in Wielwijk (dichtbij de kerk) te gaan. Bij binnenkomst voel ik me wat ongemakkelijk bij de sterke oosterse geuren en overvolle opstelling van artikelen. Wat is hier het systeem? Ik loop wat heen en weer en besluit maar een winkelende dame met hoofddoek aan te spreken. We begrijpen elkaar door de taalbarrière niet helemaal, maar ze doet haar best en loopt met me de winkel door op zoek naar de citroenen. Ik vind het bijzonder dat ze zo haar best voor me doet. En ja hoor  met nog wat extra hulp ontvang ik een emmertje met de gewenste citroenen. Na deze ontmoeting krijg ik steeds meer lol in het winkelen en vind nog andere producten die ik graag mee naar huis neem. Met een lach kom ik weer buiten… en denk ‘uit het oosten geen knollen voor citroenen’!! Ik houd me aan dit positieve teken vast, tenslotte ligt Ede ten oosten van Dordrecht.
Beroep
En dan ligt daar het beroep. Na weken van onrustig nadenken valt de rust als een warme deken over me. Niet omdat ik zeker weet dat de weg naar Ede leidt, maar omdat Hij ons leidt! Die wetenschap geeft zo’n rust. Het is ook fijn dat er geen geheimen meer voor de gemeenteleden hoeven te zijn.  En wat een meeleven ontvangen we!! Van zowel de Andreas- als de Kleopasgemeente. De steun van mensen die ‘naast je lopen’ door mee te leven en te bidden voor wijsheid en moed. Niet op je pad zodat je belemmerd wordt in je gaan en je het zicht wordt ontnomen. Dat is zo geweldig, als je in vrijheid wordt gesteund. We zijn dankbaar voor zulke tochtgenoten om ons heen.

Heer wijs mij de weg..
Met het gezin reizen we op de eerste adventszondag al vroeg in de ochtend af naar Ede, want de dienst begint om 9.00 uur. Spannend hoe zo’n eerst echte kennismaking met de gemeente zal verlopen, maar we gaan met nog steeds de ervaring van de rust van Gods leiding. Als gezin voegen we ons bijna ‘als vanzelf’ tussen de anderen. Geertje wandelt net zo vanzelfsprekend mee naar de nevendienst. Na de dienst hebben we al wat fijne gesprekjes waarin een stukje vertrouwelijkheid wordt ervaren. De kinderen vinden het wel leuk! Moedgevend! Drie dagen later is er een verdere kennismaking tijdens een middagprogramma en gemeenteavond. Tijdens de gemeenteavond is er veel muziek. Een prachtige combinatie van  onder andere Psalmen en Opwekkingsliederen. Tijdens het zingen van het lied ‘Heer wijs mij de weg’ raak ik erg geëmotioneerd. Door  het verdriet  om het losmaken van de Andreaskerk, maar ook door de verwondering dat juist dit lied dat zoveel betekenis voor mij heeft hier klinkt. De weg is voor ons duidelijk.
Accu leeg
Zondag zijn er de momenten van verdriet die we met de gemeente samen delen. We zijn ons zo bewust van de intieme band. Naast verdriet is er zoveel dankbaarheid dat die intimiteit van familie-zijn heeft mogen groeien in negen jaar. Maar ook verwondering over een nieuwe leef- en werkplek. Bijna als laatsten verlaten we de kerk en bij het starten van de auto is de accu leeg… de motor wil niet starten. Een beetje lacherig zeg ik  “Zou dit een teken zijn dat we toch niet weg mogen gaan?” Wanneer ik daar dieper over door denk is het juist een heel mooi teken. God is de motor. Hij houdt de accu gevuld. Wat een heerlijke ontspanning als je ’op reis mag gaan’!
*(Genesis 12:1 - de roeping van Abram)
HEER, WIJS MIJ UW WEG
Heer, wijs mij uw weg
en leid mij als een kind
dat heel de levensweg
slechts in U richting vindt.
Als mij de moed ontbreekt
om door te gaan,
troost mij dan liefdevol en moedig mij weer aan.

Heer, leer mij uw weg,
die zuiver is en goed.
Uw woord is onderweg
als een lamp voor mijn voet.
Als mij het zicht ontbreekt,
het donker is,
leid mij dan op uw weg, de weg die eeuwig is.
 
Heer, leer mij uw wil
aanvaarden als een kind
dat blindelings en stil
U vertrouwt, vrede vindt.
Als mij de wil ontbreekt
uw weg te gaan,
spreek door uw Woord en
Geest mijn hart en leven aan.

Heer toon mij uw plan;
maak door uw Geest bekend
hoe ik U dienen kan
en waarheen U mij zendt.
Als ik de weg niet weet,
de hoop opgeef,
toon mij dat Christus heel
mijn weg gelopen heeft.
Tekst: Hans Maat, muziek: Elbert & Niek Smelt. © Stichting Sela Music


maandag 23 juni 2014

Ik zal er zijn!

Vanuit oost en west komt de roep ‘Kom over en help’, maar op het eiland (van Dordrecht)  klinkt ook ‘blijf’. En dan begint het dwalen in een soort doolhof waarin je in gedachten verschillende paadjes probeert en waarbij je nadenkt of dit de weg is die voor ons is bestemd.  Je overdenkt de scenario’s die bij dat pad zouden horen. Vervolgens “loop” je weer terug om een andere “afslag” te proberen. Tijdens je “ wandeling” ontmoet je mensen; bekende, maar vooral veel nieuwe personen. En dan is er regelmatig zomaar een stukje zielsverwantschap. Mensen die je hart raken. Deze mensen “draag” je verder mee op je zoektocht en onwillekeurig verzwaart dat de tocht. Er groeit een mate van verantwoordelijkheid. Daarnaast onze roep naar God wat Hij voor ogen heeft met ons. En dan blijft het voor je gevoel soms zo stil. De omgeving vraagt verwachtingsvol of je ‘het al weet?’. Er ontstaat onrust bij de kinderen omdat ze moeite hebben met de onzekerheid van ons als ouders. We weten het niet! Het voelt of je schouders steeds voller worden geladen en daar word je zo moe(deloos) van.
Maar dan is daar opeens het moment van Gods adembenemende tegenwoordigheid die mijn hart verlicht. De zon gaat schijnen en er landt weer het diepe besef van Gods naam “Ik zal er zijn”.  Ik herinner me al die mensen die voor ons bidden voor kracht, moed en wijsheid. Zo  krijg ik weer het vertrouwen dat ondanks deze moeite God voor ons zorgt en Hij  het ons bekend zal maken.
Niet als een briefje uit de hemel, wat zo geweldig makkelijk zou zijn en ons van  verantwoordelijkheid kan ontslaan. Het traject  van bidden, denken en praten, waarin we ervaren dat Gods  steeds de juiste mensen op ons pad plaatst, vervolgen we. En zo komen we toch tot een beslissing.
Een beslissing die we met een stukje pijn naar de ander, moeten gaan vertellen, maar die rust geeft. We ervaren dat God op deze wijze communiceert met Zijn kinderen. Er is ook het grote vertrouwen dat Hij zorgt voor Zijn gemeenten. Zie niet op de predikant maar zie op Hem: Hij zal er zijn!

IK ZAL ER ZIJN
Hoe wonderlijk mooi is uw eeuwige Naam.
Verborgen aanwezig deelt U mijn bestaan.
Waar ik ben, bent U: wat een kostbaar geheim.
Uw naam is ‘Ik ben’ en ‘Ik zal er zijn’.

Een boog in de wolken als teken van trouw,
staat boven mijn leven, zegt: Ik ben bij jou!
In tijden van vreugde, maar ook van verdriet,
ben ik bij U veilig, U die mij ziet.

De toekomst is zeker, ja eindeloos goed.
Als ik eens moet sterven, als ik U ontmoet:
dan droogt U mijn tranen, U noemt zelfs mijn naam.
U blijft bij mij Jezus, laat mij niet gaan.

‘Ik ben die Ik ben’ is uw eeuwige naam.
Onnoembaar aanwezig deelt U mijn bestaan.
Hoe adembenemend, ontroerend dichtbij:
uw naam is ‘Ik ben’, en ‘Ik zal er zijn’.

O Naam aller namen, aan U alle eer.
Niets kan mij ooit scheiden van Jezus mijn Heer:Geen dood en geen leven, geen moeite of pijn.
Ik zal eeuwig zingen, dicht bij U zijn.
Tekst:Hans Maat. Muziek: Kinga Bán en Adrian Roest. © 2013 Stichting Sela Music













zaterdag 24 mei 2014

Vasthouden?!

Toen ik in januari de doos met kerstspullen over het gammele trapje de vliering opzeulde dacht
ik:  ”Waar zullen we wonen als ik deze doos met kerst weer tevoorschijn haal?”. Misschien wordt hij  er al veel eerder afgehaald. Een beklemmend gevoel van onzekerheid valt op me. Mijn gedachten gaan verder  –  wat gaat er dit jaar allemaal gebeuren waar ik nu nog geen weet van heb? Hoe zal het gaan met alle mensen om me heen die me zo lief zijn? Verlies en verlies van gezondheid kunnen je zomaar overkomen.
Spaans benauwd knijp ik mijn handen dicht met de gedachte:  ”Heel stevig vasthouden wat je hebt”.  Raar, want vaak vind ik het zo vanzelfsprekend dat we gezond zijn en al die andere zaken hebben om dankbaar voor te zijn.  Eerder niet leuk als iets tegenzit en dan maak ik dat groot, terwijl het maar zo onbeduidend is tegenover zoveel leed dat andere mensen overkomt.
Maar als het me overkomt zal ik heel hard willen klemmen en vasthouden,  daar is echter geen kracht tegen bestand. Het beangstigt me, dat wat je wilt vasthouden je toch uit handen kan worden genomen.
Nu bijna een half jaar later is ons leven in onrustiger vaarwater gekomen. Twee gemeenten komen binnenkort hun beroepsbrief brengen. Dan moeten we gaan nadenken over vertrekken of blijven. Een moeilijke keuze waar zoveel onzekerheid bij komt kijken. Vast te willen houden aan alle zekerheden die me zo vertrouwd zijn.
Ik kijk naar die vastklemmende handen. Vastklemmende handen waar niets in past! Hoe kan ik nu ontvangen als ik met dichte handen door het leven ga?  ‘Open handen’  kunnen dat wel.  Met open handen kan ik  zoveel ontvangen!! Ontvangen in omstandigheden die ik als moeilijk en onzeker ervaar. Ook al die zaken in dankbaarheid ontvangen, die ik meestal met grote vanzelfsprekendheid ‘in mijn  zak stop’ en er niet eens bewust naar kijk.

Al die dingen die mijn leven zo verrijken  bezit ik niet, maar ontvang ik! En dat kan alleen met open handen. Een wetenschap om stevig vast te houden de komende tijd!

dinsdag 29 januari 2013

Geluk is de kunst een boeket te maken van de bloemen waar je bij kunt.


"Wauw, je zal hier maar mogen werken!! Een enorm klaslokaal, uitzicht op de weilanden met grazend vee. Wat een rust en ruimte." Dit zijn mijn gedachten wanneer we tijdens een rondleiding door de toekomstige school voor onze kinderen in Waardhuizen gaan. Een schooltje waar ongeveer 40 leerlingen op zitten en vier lokalen telt. Maar vooral het kleuterlokaal heeft mijn belangstelling. De oppervlakte is twee keer zo groot als de ruimte waar ik weleens met 41 kleutertjes in zat.
Na wat invalklussen word ik precies twee jaar later gevraagd om les te komen geven op deze school en wel in de groepen 1 en 2. Ik ben dolenthousiast en kan niet wachten om te beginnen.
Ik krijg de baan vlak voor de zomervakantie en ben weken aan het klussen in het lokaal. Ik haal mijn hart op aan het inrichten van allerlei speelhoekjes. Ik verf, timmer, knip en plak van alles – wel op mijn manier, want zo'n doe-het-zelver ben ik niet. Maar ik geniet!
En na weken ga ik nog meer genieten, want dan wordt het lokaal gevuld met een klasje vol lieve kinderen. 's Middags mag ik ook het groepje 3 erbij begeleiden.
Met zo'n klein groepje kinderen bouw je al snel een hechte band op en ik kan ze zoveel aandacht geven, geweldig! Ook de spontane invallen die ik door het contact met de kinderen regelmatig heb krijg kan ik ten uitvoer brengen.

groep 1,2 en 3!

De school heeft een enorme zolder waar een schat aan spullen ligt: maaksels van de school en van verschillende verenigingen uit de dorpen. Materialen van hout, plastic en stof. Allerlei verkleedkleren, hoeden etc. Ik ga hier nog weleens tussen de middag struinen om wat op te snorren, passend bij waar de kinderen mee bezig zijn. Zo kan ik weer bij hun belevingswereld aansluiten met een nieuw hoekje o.i.d. als ze 's middags op school komen.
Ook de ouders hebben een actief aandeel in het schoolgebeuren. Ze zijn behulpzaam in het maken en aanleveren van materialen.
Zo benader ik eens een handige vader voor het maken van een speciale stoel die we kunnen gebruiken wanneer een kind jarig is. Na een aantal weken komt deze vader met een enorme troon op wielen de klas in, prachtig goud bespoten en met velours afgewerkt. We zijn de koning te rijk!! Er kunnen wel drie kinderen tegelijk op de stoel en ze voelen zich het stralende middelpunt.
Wanneer ik ’s morgens op de fiets stap om naar school te gaan, is het nog stil op straat. Ik fiets langs het vee dat in de dauwmist staat. Al het ochtendgehaast van een opstartend jong gezin glijdt van me af en intens gelukkig fiets ik naar "mijn" schooltje. Om na een paar dagen werken ook weer te genieten van onze kinderen en even minder te hoeven.
'Geluk is de kunst een boeket te maken van de bloemen waar je bij kunt.'
Natuurlijk zijn er ook de mindere dingen, maar over het algemeen ben ik heel gelukkig en bestaat mijn "boeket" uit een stel prachtige veldbloemen die staan te stralen en te geuren.
Wanneer we verhuizen naar Dordrecht besluit ik toch te stoppen met mijn werk op Basisschool Waardhuizen. Met de kinderen aan wie ik vier jaar heb lesgegeven, hebben we een feest op de boerderij. Met als thema "De kleine kapitein", naar het boek van Paul Biegel waar ik alle deeltjes van heb voorgelezen in de klas. We "smulden" er met z'n allen van.
In Dordrecht ga ik al snel op zoek naar invalwerk omdat ik het lesgeven zo mis.
Zoals het in Waardhuizen was, vind ik niet meer al ligt mijn hart bij kinderen. Ik sta nog steeds zo af en toe voor de klas en geniet van de kinderen, maar leer te accepteren dat ik niet meer alleen hier mijn "boeket" van kan maken. Het is soms echt een zoektocht naar de "bloemen". Soms zijn ze zo dichtbij dat ik ze over het hoofd zie en een andere keer is het even klimmen om erbij te komen. En soms ontvang ik het zomaar onverwacht! De eerste keer dat ik betrokken ben bij evangelisatie in Wielwijk, de wijk waar onze Andreaskerk staat, is zo'n overweldigende gelukservaring.
Het is vlak voor Kerst en in Wielwijk is een grote tent neergezet waarin allerlei activiteiten voor de bewoners worden georganiseerd. Op een woensdagmiddag mag ook de Andreaskerk een bijdrage leveren. Volwassenen maken kerststukjes en voor de kinderen is er een knutselwerkje.
Aan mij de taak om tussen deze bedrijvigheid door deze mensen geboeid te krijgen voor het Kerstevangelie. Ik heb wat tenues voor herders en engelen in elkaar geflanst. Zelf gekleed als herder en met de andere materialen bij de hand probeer ik de aandacht van de kinderen te trekken. Een aantal van hen wil ook wel een herder zijn. Via andere kinderen die als engelen verkleed gaan, horen we van de geboorte van Jezus. Het is allemaal heel eenvoudig en toch gebeurt er iets. Al het geroezemoes van mensen die bezig zijn verstomt en het lijkt wel of niemand wil missen wat er te zien en horen is.
Ik ben zelf ook zo geraakt wat hier gebeurt. Zo´n sterk gevoel dat hier mijn plek is en dat God mij hier wil gebruiken. Het klopt!
Na afloop ben ik emotioneel door deze bijzondere ervaring van intens geluk. Deze gebeurtenis is voor mij als een heel waardevolle bloem in mijn "boeket".
Het "boeket" wordt prachtig door o.a zulke mooie andere ervaringen bij de kinderen in Wielwijk.


Weer een kerstspel in de tent in Wielwijk





vrijdag 4 januari 2013

vriendschap

"Wees voorzichtig met het aangaan van vriendschappen binnen je gemeente en wees zuinig op de vriendschappen die je al hebt, daar buiten", is het advies dat Nico meekrijgt in zijn studie.
Met het laatste kan ik helemaal instemmen, want vriendschappen die ik soms al vanaf mijn kindertijd heb opgebouwd,
zijn van grote waarde. Aan deze vriendinnen hoef ik weinig meer toe te lichten, want ze weten zoveel van me.
Tijdens een conferentie van predikantsvrouwen gaat het ook over vriendschap met gemeenteleden.
Ook hier merk ik
terughoudendheid. Een aantal vrouwen ervaart de kwetsbaarheid en is bang om teleurgesteld te worden in het geven van vertrouwen, waarop een vriendschap is gebouwd.
Ik vraag me verbaasd af waarom ik dit zo anders beleef. Ben ik zo
naïef dat ik wel makkelijk een vriendschappelijke band met iemand aan ga? Ik vertrouw mijn vriendinnen zonder terughoudendheid.
Ben vooral heel blij met hun aanwezigheid, omdat ik vriendinnen zo nodig heb.
Zomaar onaangekondigd bij mijn vriendin in Uitwijk langs te kunnen komen en op de bank neerzakken. Dan spuien waar ik mee zit en helemaal tot rust komen omdat ik me zo bij haar op mijn gemak voel. En als ik dan weer weg ga voel ik me "lichter" en gesterkt. Met een andere vriendin in Uitwijk is het net als met een zus. Ze 'waait' bijna elke dag wel even binnen en dan kletsen we in de keuken bij. Als Nico op nascholing is, komt ze lekker koken en leggen we samen de kinderen in bed. Ik ben zo vertrouwd geraakt met hen in de jaren dat we in Uitwijk wonen, dat ik het echt als een verlies ervaar om hen te moeten loslaten wanneer we gaan verhuizen.
"Hoe moet ik nou zonder mijn vriendinnen in Dordrecht gaan leven
”, beklaag ik me. Waarop ik zo'n wijs antwoord van iemand krijg dat ik dat nooit meer zal vergeten: "Je neemt de helft toch mee?", zegt diegene. Ik ben die andere helft, die vertrekt, maar met het vermogen om weer vriendschappen aan te gaan.
Eigenlijk heb ik die vriendinnen helemaal niet los hoeven te laten, want ze zijn gebleven
, ook al is het op afstand!
En
al gauw klikt het met een aantal vrouwen uit de Andreaskerk.
Met èèn van de meiden heb ik zelfs regelmatig contact. We drinken een kopje koffie bij elkaar en raken niet uitgepraat over van alles wat we meemaken
; vooral over onze kinderen die in dezelfde leeftijden zijn gaat het gespreksonderwerp. Op een avond belt ze me dat ze weer een lief klein (pleeg)zoontje hebben gekregen om voor te zorgen. "O, Dien, hij is zo klein, heb jij nog zo'n speciale emmer
 om hem in bad te doen?"
Met de
Tummy Tub rijd ik naar haar toe en badderen we dit kleine, lieve mannetje. We genieten samen van zoveel moois! Tijdens het verzorgen ontstaat er een speciale band, die steeds hechter zal worden in de loop van de jaren. De kinderen spelen en logeren bij elkaar, we gaan met elkaar op stap, maar we raken vooral nooit uitgepraat.
Toch begrijp ik nu dat ik ook kwetsbaar ben in vriendschap. Mijn vriendin is driekwart jaar geleden ziek geworden en vorige week overleden
; we hebben elkaar al in dit leven los moeten laten.
Er is dan zoveel onzeker geworden. Maar ik ben er zeker van dat God er altijd is en ik Zijn aanwezigheid ook ervaar in de liefdevolle ontferming van vriendinnen. En de grote dankbaarheid dat ik haar vriendin mocht zijn en dat ze me mij in al haar kwetsbaarheid zo dichtbij liet komen, staat vast!

Deze bijzondere wolk was te zien toen we buiten kwamen na de begrafenisdienst.

zaterdag 17 november 2012

'op een kiertje..'

I.v.m onze komende (ver)trek zetten we onze 'deur schoorvoetend op een kier'. Als we dan tòch moeten gaan hebben we zo onze wensen; een wat groter dorp met meer voorzieningen.(Uitwijk heeft èèn boekwinkel).  Doe verder maar een landelijke, bosrijke omgeving om in te wonen.
Zo af en toe komen er 'hoorders' uit andere gemeenten in de kerkdienst.  Nico meldt me wat aarzelend dat de hoorders van die avond uit Dordrecht komen en na de dienst een gesprek met ons willen.
"DORDRECHT!!" reageer ik fel, dat heeft toch helemaal geen zin, want daar ga ik niet naar toe!
Dordrecht past helemaal niet in het plaatje dat ik heb gemaakt voor een toekomstige woon-
en werkplaats. Sterker nog ik heb een duidelijke anti-pathie tegen de stad Dordrecht. Ik ben daar 2 keer op bezoek bij iemand geweest en heb me toen verbaasd over het feit dat ze daar willen wonen!
Ik zie flats en vooral veel drukte. Dingen waar ik niet van houd, maar verder kan ik mijn negatieve gevoelens die ik zo sterk ervaar, niet verklaren.
Toch ontvang ik de dortenaren die avond gastvrij in de pastorie. En we hebben zelfs een bijzonder fijn gesprek, waarin we merken dat het wederzijds klikt.
Waarom staat die Andreaskerk nou in Dordrecht, verzucht ik na afloop tegen Nico. Als die kerk in dat middelgrote dorp in het bos zou staan wil ik best wat meegaander zijn.
Wat moet zo'n dorpstype als ik nu in een stad! Ik weet niets van het wonen in een stad en wil het niet weten ook, ik pas er niet. Toch laat God niet los; we kunnen bijna geen blad open slaan of het gaat over de stad...en het verhaal van Jona uit de Bijbel kruist ook met regelmaat ons pad. We kunnen er niet om heen dat God ons naar Dordrecht wil leiden.
Na een poosje komt er dan ook een beroep vanuit de Andreaskerk uit Dordrecht. We maken kennis met de gemeente en Nico gaat voor in een dienst. Ik ben net zwanger van onze Geertje en behoorlijk van slag van alles wat op ons afkomt. We bekijken de scholen, woonomgeving en de pastorie.
Wanneer we vanuit de enorme, monumentale pastorie van Uitwijk komen en die van de Andreaskerk gaan bekijken is het contrast groot. Een rijtjes huis in de nieuwbouw. Ik moet vaak slikken en kan me er geen voorstelling van maken om hier te gaan wonen. Ik doe nuffig en onnozel nog een poging bij de kerkvoogdij voor een mooi oud pand dat te koop staat in de Hallincqlaan., gesitueerd in de mooie binnenstad van Dordrecht.  Zij beginnen echter wat te stotteren dat dit toch wat boven het budget gaat.
Welwillend zeggen zij toe de huidige pastorie te verbouwen zodat er wat meer ruimte ontstaat voor ons zessen en een studeerkamer.
Alles komt in me in opstand, omdat ik niet wil vertrekken. Nico zegt dat hij er geen rust over krijgt als hij het beroep niet aanneemt. Ik voel dat hij de beslissing moet nemen en ik niet tussen God en hem in mag staan. Terwijl ik buiten de was sta op te hangen komt Nico naar me toe en zegt me dat hij de Andreaskerk zal gaan bellen om het beroep aan te nemen. Huilend en met een knoop in mijn maag hang ik de rest van de was op.
Ook tijdens het afkondigen van ons vertrek in de gemeente die zondag, huil ik tranen met tuiten.
Nu lijkt het of ik niet wil gaan en toch is dat niet zo, want ik ervaar dat Gods weg gaan vrede geeft in je hart.
Die vrede weegt nergens tegenop, ook al is het moeilijk.
Inmiddels, na 7 jaar Dordrecht,  ben ik een trotse inwoner van deze stad en staat mijn hart wagenwijd voor haar mensen open!!!